Porties: 24 stuks
Ingrediënten
- 110 gr hele amandelen (klein formaat)
- 500 gr bloem plus extra om te bestuiven
- 8 gr droge gist
- 210 ml lauw water
- 160 ml extra vergine olijfolie
- 2 tl zwarte peper versgemalen
- 3 tl zout
- scheutje melk om te borstelen
Instructies
- Als je amandelen aan de grote kant zijn, snijd ze dan eerst in de lengte doormidden en zet ze apart.
- Meng vervolgens de bloem en gist samen in een grote kom. Voeg dan het lauwe water en de olijfolie toe en meng met een houten lepel.
- Voeg de peper, zout en amandelen toe en meng met je handen. Giet het mengsel op een licht met bloem bestoven werkvlak en kneed een paar minuten tot het goed gemengd en redelijk glad is.
- Rol daarna van het deeg kleine balletjes van ongeveer 40 g en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat. Dek af met een schone theedoek en laat ongeveer 30 minuten rusten.
- Verwarm de oven voor op 175 °C. Leg een deegballetje op een met bloem bestoven werkvlak. Rol met je vingertoppen het deeg uit in de vorm van een touw door je vingers van binnen naar buiten bewegen, terwijl het deeg heen en weer rolt. Het touw moet ongeveer 22-24 cm lang zijn.
- Draai nu over de lengte en voeg beide uiteinden samen om een grote ring te maken. Dit kan een beetje lastig zijn, omdat de amandelen de neiging hebben om eraf te vallen. Als ze dat doen, druk ze dan terug in het deeg.
- Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat en herhaal met de andere deegballetjes. Leg vervolgens de deegringen, afgedekt met een schone theedoek, nog 30 minuten opzij om te rusten.
- Bestrijk de taralli met een beetje melk en bak in 40 minuten goudbruin. Bewaar maximaal 1 week in een luchtdichte verpakking.