Na de grotten in Noord-Italië te hebben verkend, trekken jonge speleologen in het jaar 1961 zuidwaarts. Ze willen terrein verkennen waar nog niemand is geweest en zijn op zoek naar de diepste plek. In het Pollino-gebergte wagen ze hun kans af te dalen en ontdekken zo de afgrond van Bifurto, de op één na diepste grot ter wereld.