Terug naar overzicht

Correspondent in Rome: ‘nergens meer gevoel voor politiek drama dan hier’

(Voormalig) correspondenten vertellen over de tijd toen ze in Rome woonden en werkten. Rosa van Gool is sinds 2020 Italië-correspondent voor de Volkskrant en woont in de Eeuwige Stad.’Rome is al een paar duizend jaar vergeven van het beest, de uomo politico, die er sinds Julius Caesar in zijn natuurlijke habitat verkeert. De mannen (dat zijn het nu eenmaal meestal) gaan strak in pak over straat en zijn altijd verwikkeld in een telefoongesprek op leven en dood’.

Rond de Trevi-fontein wemelt het van de toeristen. Tot zover niets nieuws, maar let de volgende keer dat je er bent goed op, want tussen de oververhitte muntjesgooiers met rugzakken door manoeuvreert zich ook, behendig en elegant, een compleet andere diersoort.

Dit wezen valt op het eerste gezicht niet zo op, waardoor je het pas gaat zien als je het door hebt. Toch is Rome al een paar duizend jaar vergeven van het beest, de uomo politico, die er sinds Julius Caesar in zijn natuurlijke habitat verkeert. De mannen (dat zijn het nu eenmaal meestal) gaan strak in pak over straat en zijn altijd verwikkeld in een telefoongesprek op leven en dood. Ze laveren door een parallel universum, dat zich toevalligerwijs ook rondom Trevi centreert.

Van een andere klasse

Zelf zullen ze dat gebied eerder aanduiden als de driehoek tussen Montecitorio (de kamer van afgevaardigden), Palazzo Madama (de senaat) en het Quirinaal (de president). Sommigen zijn slechts voor het gewone volk zichtbaar in de paar meter die ze af moeten leggen van hun auto (met chauffeur en blauwe sirene op het dak) tot de speciaal voor hen opengehouden deur van een majestueus palazzo. Want waar Nederlandse politici zich graag laten voorstaan op hun ‘gewoonheid’ – in capuchontruien op de fiets naar het werk met een afgekloven klokhuis in de hand – schromen politici in Italië niet om te laten zien dat zij deel uitmaken van een andere klasse.

Hol van de politieke leeuwen

Toen ik afgelopen januari een accreditatie kreeg om in het parlement aanwezig te zijn bij de verkiezing van een nieuw staatshoofd, was ik dan ook tamelijk nerveus. Plotseling had ik een gouden ticket voor Montecitorio, het doorgaans hermetisch gesloten hol van de politieke leeuwen. Zo net gekleed als mijn garderobe me toeliet, nam ik plaats op een van de lederen bankjes in de hal voor de Kamer, waar de honderd keer beter geklede parlementariërs aan me voorbijtrokken. Ik had de tijd, want elke hoofdelijke stemronde duurt vijf uur: het Italiaanse parlement is met meer dan 951 leden een van de grootste ter wereld.

De belangrijke vraag

Naast politici loopt het parlement tijdens de presidentsverkiezingen vol Italiaanse pers. Weer net een andere diersoort, maar er is nauwe verwantschap. Na een uur stilletjes door de hal te hebben rondgescharreld, waar politici en journalisten armen om elkaar heen sloegen alsof ze elkaars lang verloren familieleden waren, had ik de moed verzameld om een Italiaanse collega de vraag te stellen die zich steeds sterker aan me opdrong. ‘Wat dóén jullie hier nu eigenlijk?’ Ze liet zich door dit staaltje Hollandse botheid niet van haar stuk brengen en gaf eerlijk antwoord: ‘We proberen erachter te komen welke kant het opgaat.’ De dagen erna zou blijken dat ik niet de enige was die daar weinig van terecht bracht. Vijf dagen lang verkeerde het parlement in complete chaos, vijf dagen lang speculeerde de pers in het wilde weg. Vijf dagen draalden politici en pers in een onnavolgbare dans om elkaar heen, in de met marmer beklede balzaal.

Woedend bellende Matteo Renzi

Vanaf mijn bankje zag ik een woedend bellende Matteo Renzi met grote passen voorbij benen, terwijl de andere Matteo (Salvini) zich door een cordon van journalisten heen wurmde. Ik zag de schaarse vrouwen in prachtige jurken op hoge hakken naar de binnenplaats paraderen, om zich daar over te laten halen op de een of andere kandidaat te stemmen – of misschien gewoon om een sigaret te roken.

Ik dronk espresso’s met collega’s in de klassieke inpandige bar, waar sinds de inwijding na de Italiaanse eenwording (1871) weinig lijkt te zijn veranderd. Terwijl de redactie in Amsterdam ongeduldig informeerde naar de slotuitkomst die maar niet kwam, draaiden de Italiaanse pers overuren: elke flard van een gerucht was stof voor een nieuw item of krantenartikel. Op de zesde dag leverde het presidentsconclaaf dan eindelijk witte rook op. De uitkomst van dagenlange consternatie was dat er niets zou veranderen. Zittend president Sergio Mattarella bleek toch overgehaald om door te gaan. Een schande, een schijnvertoning, één groot spel, somberden mijn kritische Italiaanse vrienden na afloop. Ze hadden gelijk. Politiek is overal theater, maar nergens heeft de uomo politico meer gevoel voor drama dan in Rome.

Rosa van Gool is sinds 2020 Italië-correspondent voor de Volkskrant en woont in Rome.

LEES OOK: