Terug naar overzicht
Journalist Sanne de Boer

Journalist Sanne de Boer schreef dit boek over de maffia in Calabrië

De Nederlandse journalist Sanne de Boer woont een groot deel van het jaar in een dorp aan de schitterende Ionische kust van Calabrië. Ze deed er jarenlang onderzoek naar de ’Ndrangheta, de Calabrese maffia, en publiceerde daar een boek over: Mafiopoli. ‘Of dit gevaarlijk voor mij is? Daar wil ik niet lichtzinnig over doen, maar ook niet dramatisch.’

Het is al vijftien jaar geleden dat ik voor het eerst in een vliegtuig stapte naar de punt van de Italiaanse Laars. Nooit had ik toen kunnen vermoeden dat die plek zo belangrijk voor mij zou worden. Ik had Amsterdam achter me gelaten om op een prachtige heuvel aan de rand van een dorp een tijdje te gaan wonen en werken. Het was niet mijn oorspronkelijke plan om me daar met de maffia bezig te houden. De ’Ndrangheta, de Calabrese maffia, was destijds zowel in Italië als daarbuiten een stuk minder bekend dan de Siciliaanse Cosa Nostra en de Napolitaanse Camorra. En toch was de ’Ndrangheta toen al de machtigste misdaadorganisatie van Italië – en wijd verspreid over de hele wereld. Dat zou allemaal pas jaren later blijken.

Een paar maanden

Eerst was ik van plan om maar een paar maanden in Calabrië te blijven, maar ik stelde al gauw mijn terugvlucht uit. Mijn werk als eindredacteur kon ik prima langere tijd op afstand blijven doen. Ik genoot van het uitzicht op de felblauwe zee en dichtbeboste bergen en was veel te nieuwsgierig naar de mensen en de plek om mijn avontuur nu al te beëindigen. De mensen in het dorp waren ontzettend gastvrij, met name de oudere bewoners behandelden me al gauw alsof ik familie was. Veel van hun kinderen waren op zoek naar werk geëmigreerd naar het buitenland of verhuisd naar het noorden van Italië. Dat er iemand juist híer kwam werken en zo genoot van de Calabrese stilte en natuur vonden ze een beetje vreemd, maar ook leuk.

Journalist Sanne de Boer

Geweld van lokale clans

Op hun tachtigste liepen ze nog een heel eind de heuvel op naar hun groentetuin. Met liefde en trots lieten ze mij van hun oogst meegenieten. Ik leerde bij hen thuis eerder het Calabrese dialect begrijpen dan Italiaans spreken. Beide talen, ontdekte ik, hebben hun eigen charme. Gaandeweg raakte ik zo verknocht aan de plek dat ik een vervallen huisje kocht met prachtig uitzicht op zee en begon aan het opknappen ervan. Terwijl ik me settelde maakte ik ook steeds meer kennis met het geweld waarmee de lokale clans mijn dorpsgenoten intimideerden. Zo werd een auto in brand gestoken om druk uit te oefenen op de gemeente en barstte er in de wijdere omgeving een bloedige vete los.

Nederlandse betrokkenheid

In het nieuws over de ’Ndrangheta viel me op dat bij verstek veroordeelde moordenaars vaak in Nederland werden gearresteerd. Zo werd de dader van een zesvoudige moord in Duisburg in een rijtjeshuis in Diemen gearresteerd. Hij bleek er al anderhalf jaar met zijn gezin te hebben gewoond. Terwijl dit soort berichten in Nederland al snel overwaaiden, zag ik hoe Italië zich steeds bewuster werd van een ernstige vergissing. De ’Ndrangheta was onder de radar gebleven door uiterlijk vertoon te mijden, maar intussen dankzij de groothandel in cocaïne de rijkste en machtigste Italiaanse maffia geworden. In steden als Milaan en Turijn en in de internationale zakenwereld waren de clans al lang stevig geworteld.

Italiaans én Nederlands probleem

Nederland speelde in het succesverhaal van de ’Ndrangheta bovendien een sleutelrol, benadrukten experts, omdat het de doorvoer van veel drugs en zwart geld mogelijk maakte en een schuilplek bood voor wie uit het zicht wilde blijven van de Italiaanse opsporingsdiensten. Desondanks bleef de maffia in de Nederlandse pers een ‘Italiaans’ probleem: een zaak van de Zuid-Italiaanse onderwereld die voor ons land geen consequenties had. Ik wilde aantonen dat het net iets ingewikkelder lag en besloot voor Nederlandse media reportages te gaan maken.

In verzet

Wat me ook stoorde was dat de Calabrese bevolking vaak de schuld kreeg van de criminele malaise. Vaak werd ze door buitenstaanders weggezet als een maffioos of in elk geval medeplichtig volk. Ik zag een andere realiteit: een fatsoenlijke meerderheid die gebukt ging onder de openlijke intimidatie en het geraffineerdere machtsmisbruik van een criminele minderheid. Er waren wel degelijk veel mensen die in verzet kwamen tegen de clans, maar dat werd direct bestraft met bedreigingen of erger. De onderdrukking door de clans en hun innige banden met de politiek hield Calabrië arm en onderontwikkeld en ondanks de enorme natuurlijke schoonheid van de regio kreeg toerisme weinig kans.

Cliché doorbreken

Met mijn artikelen en items voor televisie en radio clichés over de maffia te doorbreken en het probleem van een andere kant te belichten. Eerlijk gezegd waren er momenten dat ik twijfelde of ik ermee door moest gaan. Een veroordeelde ’Ndrangheta-baas uit mijn dorp liet vanuit de gevangenis een lokale journalist bedreigen omdat die over zijn juridische problemen had geschreven. Zelf schreef ik niet in het Italiaans of voor lokale kranten en ik was behoorlijk discreet over mijn werk, maar ook niet anoniem. Als blonde buitenlandse viel ik juist ontzettend op. Toch lukte het me niet om over andere dingen te gaan schrijven. De verhalen van de mensen die ik had leren kennen lieten me niet los. En omdat reportages meestal te kort waren om de verschillende gezichten van de ’Ndrangheta te tonen, besloot ik uiteindelijk dat de beste vorm om over mijn jarenlange zoektocht te vertellen, een boek was.

Weer veel in Nederland

Sinds mijn boek uit is, ben ik zelf veel in Nederland. In ons land neemt vanwege hartverscheurende gebeurtenissen zoals de moord op Peter R. de Vries het bewustzijn van de ondermijnende impact van georganiseerde misdaad ineens snel toe. Het gaat justitie daarbij om drugscriminelen van Nederlandse bodem, maar die maken al heel lang deel uit van een internationaal netwerk waarin ook de clans van de ’Ndrangheta een prominente plek innemen.

Schrikbeeld

Met Mafiopoli heb ik willen laten zien tot hoever de invloed van een criminele organisatie als de ’Ndrangheta op onze maatschappij reikt. De titel betekent ‘samenleving die bestuurd wordt door maffiose belangen’. Het is een schrikbeeld dat helder geïllustreerd wordt door een megaproces dat nu in Calabrië plaatsvindt. De grootste ’Ndrangheta-strafzaak ooit, tegen 355 verdachten. Het enorme aandeel van witteboordencriminelen, waaronder politiecommandanten en lokale, regionale en nationale bestuurders, doet veel stof opwaaien.
Journalist Sanne de Boer

Italiaanse vertaling

Inmiddels is Mafiopoli al voor de zevende keer gedrukt. Volgend jaar komt zowel een Duitse als een Italiaanse vertaling uit. Dat mijn Calabrese dorpsgenoten mijn boek straks kunnen lezen, is best spannend. Of het gevaarlijk voor mij is? Daar wil ik niet lichtzinnig over doen, maar ook niet dramatisch. De vraag is niet zo eenvoudig te beantwoorden. Ik ben de eerste buitenlandse journalist die in Calabrië woont en over de ’Ndrangheta schrijft. Ik ben heel zorgvuldig geweest in mijn onderzoek. En ik leef liever met een beetje angst dan dat ik mijn boek niet had geschreven.

Zonovergoten Calabrië

Heel belangrijk vond ik het dat op de cover geen clichébeeld zou komen te staan, zoals een duister silhouet van een maffioos met hoed en sigaar. Nee, het omslag moest de warme kleuren van zonovergoten Calabrië tonen, de heldere zee en de mysterieuze steegjes een eeuwen oud stadje. Ik wilde de lezer graag wijzen op de schoonheid van Calabrië die mij had geïnspireerd om op onderzoek uit te gaan naar de duistere maatschappelijke krachten die haar bedreigen. Afgelopen zomer kreeg ik mails van verschillende lezers dat ze blij waren dat ze naar aanleiding van mijn boek hun vakantie voor het eerst in Calabrië hadden doorgebracht. Er bestaat voor mij geen groter compliment.