Terug naar overzicht
atrani strand Amalfi kust

Verken deze 5 onontdekte stadjes aan de Amalfikust

Over de Amalfikust

Met pastelkleurige huizen, straten vol bougainville, een turkooizen zee en citroenen in overvloed, is de Amalfikust een stukje paradijs op aarde. Dat vinden wij niet alleen; al eeuwen zijn dorpen als Amalfi, Ravello en Positano volop in trek bij toeristen. Wij lieten deze hoogtepunten echter links liggen en gingen op zoek naar vijf minder bekende plekken aan deze wonderschone kust.

1. Praiano

Aan de kustweg tussen het populaire Positano en Amalfi ligt het rustige Praiano, een dorpje bestaande uit tal van witgeverfde huisjes dat trapsgewijs is tegen een bergwand aan is gebouwd. Praiano dankt zijn naam aan de Grieken ̶ die hier duizenden jaren terug de dienst uitmaakten ̶ en betekent ‘open zee’. Wie het dorp vandaag bezoekt, begrijpt de naamkeuze van de oude machtshebbers. Bijna overal kijk je prachtig uit over de immense Tyrreense Zee.

Tip: op ongeveer tien kilometer van Praiano ligt het prachtige Positano. Wil je een goede indruk krijgen van dit dorp? Vertrek dan vroeg in de ochtend: zo rijd je in een keer door, vind je makkelijk een parkeerplek en is het er nog lekker rustig.

2. Atrani

Op steenworp afstand van Amalfi ligt Atrani; slechts een steile rots scheidt de twee dorpen van elkaar. De Nederlandse kunstenaar Escher bezocht in 1923 het kleurrijke vissersdorp en verloor er direct zijn hart. Hij vereeuwigde de gestapelde huizen in een groot aantal van zijn (abstracte) werken. Een stenen bankje op de boulevard herinnert aan zijn komst, op het zitvlak zijn werken van de grafisch kunstenaar afgebeeld. Waar Escher voornamelijk naar de vormen en het lijnenspel keek, bewonderen wij de sfeer van Atrani. Denk aan kronkelige straten, balkons met drogend wasgoed, luide discussies in de koffiebar, zonnige terrassen en een frisse zeewind. Kortom, Zuid-Italië ten top.

Tip: parkeer je auto in de garage Luna Rossa tussen Atrani en Amalfi. Zo kun je beide dorpen in één keer aandoen.

3. Cetara

Cetara is misschien wel het meest karakteristieke dorp aan de groenblauwe zee hier. Ondanks een gezellige haven en mooi, maar druk zandstrand, voelt het charmante plaatsje niet toeristisch. Wellicht heeft dit te maken met het feit dat er nog echt een lokaal leven is, dat doet denken aan een levende ansichtkaart. Vissers lopen luidruchtig over de kleurrijke boulevard, een Apekarretje tuft door de straten en bejaarden lezen een krantje in de schaduw. Een bijzondere lekkernij uit Cetara is colatura di alici, een transparante saus gemaakt met ansjovis. Het recept stamt uit de tijd van Romeinen en is later herontdekt door monniken uit de omgeving. Zij fermenteerden gepekelde ansjovis in houten vaten. Het vocht dat tussen de latten door lekte, bleek bijzonder lekker door pastagerechten – je zou zelfs pasta niet meer in zout in hoeven te koken. Deze smaakmaker is nog altijd zeer populair in het gebied en wordt hier, op moderne wijze, volop geproduceerd en gegeten.

Tip: maak een boottochtje of huur zelf een bootje in Cetara. Een aanrader is pescaturismo: een tocht in de vroege ochtend met lokale vissers. Meer informatie vind je op seasuncetara.it

4. Minori

Een van de leukste dorpjes aan de Amalfikust is het sfeervolle Minori, met levendige straten, een gezellige boulevard en een lang zandstrand. In tegenstelling tot veel andere plaatsen in de omgeving, is het hoogteverschil tussen de straten van Minori nihil, wat rondlopen een stuk makkelijker maakt. Midden in het dorp liggen de antieke resten van Villa Marittima Romana, een oud-Romeinse villa die waarschijnlijk als vakantieverblijf fungeerde van een belangrijk lid van het keizerlijk hof. Ondanks de hoge leeftijd van de vervallen villa, bijna 2000 jaar, kun je nog altijd originele fresco’s en mozaïeken bewonderen.

Net als in de nabijgelegen dorpen, zitten ook de bewoners van Minori niet verlegen om culinaire tradities. Nog altijd werken de restaurants met huisgemaakte pasta. Probeer hier de ’ndunderi, een soort gnocchi gemaakt van ricotta en bloem met tomatensaus.

Tip: vlak bij Minori ligt het hoger gelegen Scala. Een typisch Zuid-Italiaans dorpje dat nog niet is aangetast door invloeden van buitenaf. Dit plaatsje fungeert tevens als laad- en loszone voor ezeltjes die helpen bij de druiven- en citroenpluk.

5. Tramonti

Hoog boven de Tyrreense Zee ligt Tramonti, dat letterlijk ‘tussen de bergen’ betekent. Je waant je hier in een totaal andere wereld. Hier geen Arabische daken die huizen beschermen tegen de hitte, maar puntdaken waar ’s winters de sneeuw makkelijk afglijdt. Ook de lokale keuken is niet te vergelijken met die van de benedenburen. Tramonti staat bekend om zijn specialiteiten met geitenvlees, dat de bergbewoners met allerlei verschillende sauzen eten. Maar de belangrijkste reden om naar boven af te reizen, heeft te maken met het meest bekende gerecht van Italië: pizza. De dorpsbewoners bakken al eeuwenlang sublieme pizza’s volgens lokaal recept, dat velen met de paplepel is ingegoten.

Tip: de lekkerste en echte pizza tramontina eet je bij Al Valico di Chiunzi (Via Chiunzi 91, Tramonti).

Beeld: Liselotte van Leest

Meer over de Amalfikust