Terug naar overzicht
Triest

Triëst stad van koffie en schrijvers

Schrijver Maite Karssenberg bezocht Triëst, met haar reisdagboek in de hand. Haar vriend Ferguut den Boer ging ook mee en maakte de illustraties. Laat je meenemen door de straten van deze ultieme Italiaanse literatuurstad.

Over Triëst

Walhalla voor cultuurliefhebbers

Tiëst, je lijkt wel van papier. Dit schreef ik op een stralende zomermiddag in Caffè dei Libri (Via S. Lazzaro 17), een modern café en boekwinkel ineen. Na een paar dagen door de stad gezworven te hebben kon ik niet anders dan concluderen dat de boeken en schrijvers je hier uit alle hoeken en gaten tegemoetkomen. Al die boekwinkels, bibliotheken en musea – Triëst is een walhalla voor cultuurliefhebbers. En gewoon een heel fijne vakantiestad.

Wenen aan zee

Triëst is van oudsher een culturele smeltkroes. De Italiaanse, Sloveense, Kroatische, Servische, Oostenrijkse en joodse cultuur hebben zich in dit topografische kruispunt vermengd. Het heeft deel uitgemaakt van vele landen en rijken, waaronder het Venetiaanse en Habsburgse rijk. Tot 1918 was het de trotse parel aan de kroon van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie; dit stuk Adriatische kust stond dan ook bekend als de ‘Oostenrijkse Rivièra’ en Triëst zelfs als ‘Wenen aan zee’. Aan het begin van de twintigste eeuw was Triëst een levendig kosmopolitisch centrum waar het wemelde van de literaire grootheden: James Joyce, Italo Svevo, Sigmund Freud, Rainer Maria Rilde en ook vele bij ons minder bekende Slavische schrijvers, zoals Zofka Kveder, een van de eerste vrouwelijke schrijvers en feministen van Slovenië.
Triest bezoeken

Architectuur

Na de Eerste Wereldoorlog keerde het tij. Triëst werd door Italië geannexeerd (er woonde een grote meerderheid Italianen) en de stad werd zelfs een podium voor de Italiaanse fascistische beweging. De fascistische architectuur is nog terug te zien in vele gebouwen, zoals de indrukwekkende Universiteit van Triëst en de Faro della Vittoria (Vuurtoren van de overwinning), die met zijn 70 meter hoogte een van de grootste vuurtorens van de wereld is.

Belangrijke lokale schrijver

In deze tijd werden de in Triëst woonachtige Sloveense intellectuelen, zoals de inmiddels 108 jaar oude schrijver en concentratiekamp overlevende Boris Pahor, onderdrukt en verjaagd door het nationalistische klimaat. Maar gelukkig is er in de laatste decennia weer opnieuw publieke waardering voor het kosmopolitische Triëst. Boris Pahor wordt inmiddels geëerd als de belangrijke lokale schrijver die hij is, net zo goed als zijn Italiaans-sprekende collega’s.
Ga mee op reis met de trein door Friuli Venezia Giulia

Claudio Magris

Een van die bekendste hedendaagse Italiaans-sprekende schrijvers uit Triëst is Claudio Magris. Magris is al sinds 1978 professor in de Duitse literatuur aan de Universiteit van Triëst. Hij won vele Europese literatuurprijzen en wordt genoemd als kandidaat voor de Nobelprijs voor de Literatuur. In 1986 brak hij door met zijn roman Danubio (‘Donau’), waarin hij de rivier de Donau volgt vanaf haar bron tot haar uitlopers. Zo schetst hij Midden-Europa in al haar kleurrijke cultuurrijkdom, en kun je Magris zien als een verpersoonlijking van de kosmopolitische cultuur van Triëst.

Schrijvers op straat

Als je nu door Triëst loopt kom je de rijke literatuurgeschiedenis overal tegen. De wereldberoemde Ierse schrijver James Joyce, die meer dan tien jaar in Triëst woonde, wandelt je tegemoet op de brug over het centrale Canal Grande – tenminste, zijn standbeeld. Joyce was verknocht aan Triëst, waar hij een warm welkom vond toen hij uit het oerconservatieve Ierland naar het vrijere Europese vasteland emigreerde. ‘La mia anima è a Triëste,’ schreef hij aan zijn vrouw Nora in 1909: ‘mijn ziel is in Triëst’
Triest-elly-unsplash
Triest-marcus-ganahl-unsplash
Even verderop, op het Piazza della Borsa, zit Gabriele D’Annunzio een boekje te lezen. Deze verwaande Italiaanse dichter, schrijver, journalist, gevechtspiloot en politicus is een controversieel figuur, omdat hij met zijn ideeën een voorloper was van het Italiaanse fascisme. Nu zit hij – deze dandy en zelfverklaard ‘grootste dichter sinds Dante’ – heel casual op een bankje op het plein, en strijken toeristen hem gemoedelijk over zijn kale bolletje.

De grootste literaire helden van Triëst

Loop je verder, dan kom je op het groene Piazza Attilio Hortis de statige, besnorde Italo Svevo tegen, een van grootste literaire helden van Triëst, met een boek in zijn rechterhand en zijn hoed in de linker. De in Triëst geboren Svevo was van joodse afkomst en had een Duitse vader en een Italiaanse moeder. Hij raakte bevriend met Joyce en werd beroemd met zijn roman Bekentenissen van Zeno, een klassieker in de modernistische literatuur. Ten slotte kun je op de Via Dante Alighieri, op het oog een doodgewone, chique winkelstraat, plotseling Umberto Saba tegenkomen: een wat voorovergebogen lopende man met een lange jas, platte pet op het hoofd en signature pijp in de hand, op weg naar zijn favoriete oude boekenantiquariaat, dat nog steeds bestaat. Geheel in lijn met zijn uiterlijk zei hij over Triëst: ‘Trieste ha una scontrosa grazia’ – ‘Triëst heeft een norse gratie.’

Cultuur is overal

Triëst telt 18 boekwinkels, en een duizelingwekkend aantal bibliotheken: maar liefst 132. Dat moet haast ook wel voor de stad die naar verhouding de meeste weten schappers telt van heel Europa. Maar ook als zomerse vakantieganger kun je meegenieten van alle cultuur die die bibliotheken te bieden hebben. Dat werd onder meer duidelijk toen ik met mijn reisgenoot langs de Biblioteca Statale (openbare bibliotheek) aan de Via dell’Università wandelde en we uit nieuwsgierigheid een kijkje namen in de binnenplaats van dit statige neoklassieke gebouw. Een Italiaans dametje sprak ons aan: ‘zijn jullie geïnteresseerd in het gebouw?’ Toen wij dat bevestigden gebaarde ze ons te wachten en haalde gauw een vriendelijke collega die Engels sprak. Deze Sara leidde ons spontaan rond door het hele gebouw en liet ons ondanks de sluiting (wegens corona) de tentoonstellingsruimte in. Nadat ze het licht aangeknipt had, kregen we alle ruimte om rustig de tentoonstelling over de bijzonder levenslustige jazzcomponist Lelio Luttazzi te bekijken (uiteraard geboren en getogen in Triëst). Dit onverwachte uitstapje zullen we niet snel vergeten.
Ook aan musea geen gebrek in Triëst. Naast de schrijversmusea over James Joyce (museojoycetrieste.it/en) en Italo Svevo (museosveviano.it/en) is er het Museum Revoltella (museorevoltella.it/english), dat huist in een indrukwekkend palazzo dat door de beroemde Italiaanse architect Carlo Scarpa is uitgebreid met moderne architectuur. Je bezoekt hier zowel de oorspronkelijke kunstcollectie en het riante interieur van de negentiende-eeuwse baron Pasqualle Revoltella, als een uitgebreide moderne kunstgalerie. Bovenop het museum heb je een prachtig uitzicht over de stad. Ook een grote tip: Magazzino 26, gevestigd in een prachtig gerestaureerd gebouw in de oude, industriële haven van de stad (Punto Franco Vecchio). Dit terrein wordt herontwikkeld als cultureel centrum, maar is voor het grootste gedeelte nog leegstaand. Huur een fiets en vergaap je aan de ruige, vervallen maritieme industrie, voordat je de verrassende tentoonstellingen in Magazzino 26 bezoekt.

En natuurlijk… de koffiehuizen

Dan zijn er nog de koffiehuizen waar Triëst bekend om is. De mooiste is ongetwijfeld Antico Caffè San Marco, een statig koffiehuis annex boekwinkel aan de Via Battisti 18. Hier troffen Joyce, Svevo en Saba elkaar, en naar verluidt drinkt Claudio Magris er nu zijn koffie. Het café werd opgericht in 1914 – een noodlottig jaar, want niet veel later brak de Eerste Wereldoorlog uit en werd het splinternieuwe koffiehuis door Oostenrijks-Hongaarse troepen verwoest omdat Italianen er samenspanden. Maar het heropende na de Tweede Wereldoorlog, en is nog steeds te bewonderen in al haar oude glorie.
Wanneer je Caffè San Marco binnenstapt zie je links de boekwinkel met een zeer uitgebreide collectie literatuur en gezellige leestafels, en rechts een grote zaal met tafeltjes en een lange bar, waar obers in smetteloos witte overhemden je van je espresso voorzien. Die espresso’s komen uit gigantische, blinkende koffiemachine’s die de hele dag door staan te ronken. Het interieur van het café is opgetrokken van statig houtwerk in de stijl van de Weense jugendstil, met fresco’s van de lokale schilder Vito Timmel (1886- 1949). Timmel had in Wenen gestudeerd, maar woonde het grootste deel van zijn leven in Triëst – zijn werk is te zien in Museum Revoltella. Over Timmel schreef Claudio Magris het toneelstuk La mostra – ongetwijfeld geïnspireerd door het staren naar de fresco’s tijdens zijn bezoekjes aan Caffè San Marco. Zo lijkt alles in Triëst wel met elkaar verbonden.
Je vindt in Triëst ook leuke adressen voor een lekkere maaltijd, of een goede cocktail.


Eten
Pizzeria di Napoli biedt garantie op een heerlijke avond. Hier proef je de beste pizza van de stad. Via Alberto Boccardi 7
Restaurant Adonis serveert geweldig Libanees eten, geserveerd door lieve, hartelijke obers Onze tip: bestel de truffelhummus, je zult er geen spijt van krijgen. Via S. Francesco D’Assisi 30
Wil je de natuur in?
Triëst wordt omringd door de ruige Karst, een natuurgebied dat zich uitstrekt ten oosten van de stad, tot ver voorbij de grens met Slovenië. Je vindt er wijngaarden, grotten, wandelpaden en uitkijkpunten over de Adriatische Zee. Een prachtige plek om, bijvoorbeeld, een mooi boek te lezen.
Zwemmen
Een fijne zwemplek iets buiten de stad is het Pineta di Barcola, een park aan de boulevard, waar Italianen picknicken, ijsjes eten en een duik in zee nemen. Let op: de golfslag kan hier wel wat heftiger zijn dan in de stedelijke bagno’s. Een andere betoverende plek om een plons te nemen is in de baai bij het sprookjesachtige kasteel van Miramare en omringende park, iets verder ten noorden van de stad.
Tekst: Maite Karssenberg / Torta: Caffè dei Libri

Editie bestellen

Dit artikel komt uit: De Smaak van Italië editie 1 Maart|april 2023. Bestel dit nummer hier in onze webshop

"*" geeft vereiste velden aan

Elke week tips uit Italië?

Vul je e-mail adres in en ontvang inspiratie, reistips en leuke aanbiedingen uit naam van De Smaak van Italië.

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Lees ook:

Triëst is niet de eerste stad waar je aan denkt bij een citytrip. Maar dat is onterecht, de stad aan zee barst van de mooie plekken.

Geïnspireerd op 'spaghetti alla busara', een Venetiaans pastagerecht met tomaten en scampi.

De stad ligt niet op de route van de gemiddelde Italiëganger en heeft 't geen typisch Italiaans karakter. Toch moet je Triëst niet overslaan.